Stoottroepen Museum

Leuk om een keer te gaan kijken.

Het Stoottroepenmuseum is een klein museum en vertelt het verhaal van meer dan zestig jaar inzet, moed en strijdbaarheid van de Stoottroepers of ‘Stoters’ zoals deze militairen van de Koninklijke Landmacht van oudsher ook worden genoemd.

In het museum bevindt zich een stiltekamer met een boek met de namen van de gesneuvelden. De kamer is achter in het museum en biedt ruimte voor vier of vijf personen. Aan de ene muur hangt een plaquette met daarop namen van gesneuvelde Stoottroepers in willekeurige volgorde. Hierop staan ook namen van soldaten die zijn omgekomen tijdens recente missies. In de hoek staat een katheder met een map, waarin bij iedere naam op het bord meer informatie is te vinden. Aan een andere wand hangen foto’s van ereplaatsen, waar Stoottroepers zijn begraven. Een graf ver van huis. Ook bevindt zich in de stiltekamer een gebrandschilderd glas-in-loodraam met drie heraldische wapens.

Met de stiltekamer wil het regiment Stoottroepen Prins Bernhard bezoekers van het museum de mogelijkheid bieden om in stilte gesneuvelde Stoottroepers te gedenken.

Het Regiment Stoottroepen Prins Bernhard
(afgekort RSPB) bestaat uit het 13e InfanterieBataljon luchtmobiel, en is onderdeel van de luchtmobiele brigade. Het regiment stoottroepen is na het Regiment van Heutsz het infanterieregiment met de kortste geschiedenis binnen het Koninklijke Landmacht.

Het regiment is ontstaan uit de knokploegen (LKP) en de Raad Van Verzet (RVV) in de Tweede Wereldoorlog, waaronder de KP Margriet. Deze naam leeft nog steeds voort binnen het regiment. In september 1944 gaf Z.K.H. Prins Bernhard formeel de opdracht voor het vormen van een militair verband, bestaand uit personen die actief betrokken waren bij het gewapend verzet. Daarmee was het regiment Stoottroepen geboren. Op 29 juni 2002 is de naam van Prins Bernhard bij Koninklijk Besluit verbonden aan het Regiment Stoottroepen. Vanaf dat moment heet het regiment officieel Regiment Stoottroepen Prins Bernhard.

Tijdens haar rondreis door bevrijd Nederland deed Koningin Wilhelmina de uitspraak: “En dit regiment zal blijven voortbestaan!” op 18 maart 1945. Ondanks het korte bestaan, kennen de stoottroepen een roemrucht en kleurrijk verleden. Bij de onafhankelijkheidsstrijd van Indonesië zijn de stoottroepen ingezet in Nederlands-Indië en in Nieuw-Guinea, hiervoor is aan het regiment het Bronzen Schild toegekend.

Kees de bok

De mascotte van het regiment heet “Kees de bok”. Dat een bok de mascotte is geworden van het regiment, heeft volgens de verhalen zijn oorsprong in het najaar van 1944. Tijdens een nachtelijke patrouille in het pikkedonker zouden enkele stoters iemand hebben horen lopen. Er werd dekking gezocht en de wapens werden gericht in de veronderstelling dat er een Duitse patrouille aan kwam. Al snel daarop klonk er gemekker vanaf de plek waarop de wapens gericht waren. De vermeende vijand bleek een bok te zijn die vervolgens door de stoters werd meegenomen. Sindsdien is er een “Kees de Bok”, overal waar stoters actief zijn. In Assen staat Kees in een weitje nabij het stafgebouw. Wanneer Kees niet mee kan, bijvoorbeeld bij uitzendingen, wordt er ter plaatse een bok aangekocht, die dan dienstdoet als ‘uitzend-Kees’. Kees de Bok heeft toestemming van de Brigadecommandant om de rode baret te dragen. Telkens wanneer Kees te oud wordt om zijn taak uit te kunnen voeren, gaat hij met functioneel leeftijdsontslag richting de kinderboerderij, en zorgen de oud-stoters van de BOSS (Bond van Oud Stoottroepers en Stoottroepers) kring Cuyk voor een verse recruut.

Bron tekst : Wikipedia