Kloosterstraat

De burelen van Stichting Het Drentse Landschap zijn sinds 1981 te vinden in de Kloosterstraat te Assen. De straat maakt deel uit van het gebied dat ‘de bakermat’ van Assen genoemd kan worden. Tegenwoordig ademt het straatje met haar monumentale gebouwen vooral ‘historie’ uit. In 2008 werden twee gebouwen uit het complex. Kloosterstraat 7 en 9, door de Provincie Drenthe aangewezen als beschermd provinciaal monument.

De Kloosterstraat is anno 2011 nog één van die steeds zeldzamer wordende plekken in Assen waar je je even terug waant in de tijd. Hoewel de huidige bebouwing voor het grootste gedeelte dateert uit de 19c eeuw, gaat de geschiedenis van de straat veel verder terug. Veel gebouwen hadden namelijk al een oudere voorganger. Rond 1600 was de Kloosterstraat niet meer dan een pad waaraan gebouwen stonden die eigendom waren van het klooster.

Behalve één van de drie kloosterboerderijen stonden er ook een woning, een varkensstal, het melkhuis en het brouwhuis. De Kloosterstraat is daarmee de oudste bebouwde straat van Assen. Aan de oostzijde van de straat, ongeveer op de plek van het huidige huisnummer 11, werd in 1609 een gevangenis gebouwd die in de volksmond het ‘Hondegat’ werd genoemd. Die bijnaam zegt waarschijnlijk genoeg over de omstandigheden daar.

De gevangenis werd in 1844 afgebroken en op de vrijkomende grond werd een woning gebouwd voor de tuinman van de Landdrost. De drost woonde zelf in het tussen 1774 en 1778 gebouwde ‘Drostenhuis’ op nummer 1. In de 19e eeuw kreeg de noordzijde van de Kloosterstraat haar huidige gezicht. Tussen het Drostenhuis en de Zuidersingel werden op het voormalige kloosterterrein vijf woningen gebouwd die tegenwoordig allemaal door rijk, provincie of gemeente zijn beschermd. Ze zijn in eigendom of erfpacht bij Het Drentse Landschap die ze tegenwoordig als kantoorruimte gebruikt. Kantoor in stijl In 1981 betrok Het Drentse Landschap het in een sobere landelijke stijl gebouwde dubbele woonhuis op nummer 5. Maar daar was heel wat aan vooraf gegaan.

Twee jaar eerder werd de toen nog witgepleisterde woning aangekocht. Waarschijnlijk vanwege de bouwkundige staat werd het ongeveer 150 jaar oude pand, weliswaar zorgvuldig maar tot de laatste steen, afgebroken en in oorspronkelijke stijl weer opgebouwd. Hoewel compleet herbouwd, was het resultaat dusdanig fraai dat de gemeente Assen het pand op haar lijst met beschermde monumenten heeft gezet. In de jaren daarna konden steeds meer belendende panden worden aangekocht. Tijdens de meest recente uitbreiding werd de woning op nummer 11 aan het kantorencomplex toegevoegd. Hiermee is de Zuidersingel nu letterlijk in zicht.
De provinciale monumenten

Het dwarshuis op nummer 7 is omstreeks 1880 gebouwd in een voor die tijd gebruikelijke neoclassicistische bouwstijl. Door de hernieuwde toepassing van historische stijlelementen is het gebouw een goed voorbeeld van de huisvesting van de stedelijke burgerij aan het einde van de 19e eeuw. Het huis is sterk verwant aan wat lokaal het ‘Asser type’ is gaan heten. Een woonhuis van één bouwlaag met een verhoogd middengedeelte is hiervan het belangrijkste kenmerk. Bij de woning aan de Kloosterstraat is op de verhoging nog een fronton geplaatst met daarin een taats draaiend gietijzeren roosvenster, waardoor het dus aan de onderkant scharniert.

Wat verder opvalt, is de asymmetrische plaatsing van de voordeur. Voor de verbouwing tot kantoor liep er een middengang vanaf de entree naar achteren, met aan weerszijden de kamers. De T-vormige vensters hebben een getoogde (gebogen) bovendorpel met een hanenkam in het metselwerk daarboven. Uit archiefstukken weten we dat het huis in 1914 in opdracht van G. Ebbink is verbouwd. Aangezien hiervan aan de buitenkant geen sporen zichtbaar zijn, zal de toenmalige eigenaar de werkzaamheden waarschijnlijk tot de binnenzijde hebben beperkt.

Oorlogsmuseum

Een paar stappen verder in oostelijke richting staan we voor Kloosterstraat 9, ook een provinciaal monument. Dit vrijstaande woonhuis is in meerdere opzichten een bijzondere woning. Wat meteen opvalt is dat dit het enige 19e eeuwse pand in de straat is met een verdieping. Aan de bouwstijl en het materiaalgebruik valt af te lezen dat de voorgevel gebouwd moet zijn in de tweede helft van de 19e eeuw. Net als de naastgelegen panden.

Wanneer we echter de achter- en zijgevels wat beter bekijken zien we dat die zijn opgetrokken in oude, met kalk gevoegde handvormstenen. Dit duidt op een oudere bouwdatum. Uit de achtergevel blijkt ook dat de woning oorspronkelijk slechts één bouwlaag telde. De verdieping is toegevoegd toen het huis de huidige voorgevel kreeg. De vondst van menselijke beenderen bij graafwerkzaamheden in de tuin doet vermoeden dat het huis staat op een gedeelte van de voormalige begraafplaats van het klooster.

In de Tweede Wereldoorlog heeft het huis een belangrijke rol gespeeld bij een actie van de Knokploeg Noord-Drenthe. Vanuit de woning vond op 11 december 1944 de roemruchte overval plaats op de Asser gevangenis, waarbij 29 verzetsstrijders werden bevrijd. Voormalig bewoner Enno Smith heeft met zijn in het pand gevestigde oorlogsmuseum jarenlang de herinnering levend gehouden. Anno 2011 wordt er in de monumentale woonhuizen niet meer gewoond en ze hebben een moderne inrichting gekregen. Toch mag het eindresultaat er zijn: aan de binnenzijde is een comfortabele herbestemming gerealiseerd en op straat proefje nog steeds de sfeer van weleer.

Bron : Het Drentse landschap